woensdag 17 maart 2010

Buenos Aires

Edouardo heeft, zoals elke man, 2 zwakke plekken: drank en vrouwen. Zijn grootste probleem is dat beide pijnpunten meestal samenkomen, op een avond, ergens in Buenos Aires.
We leerden hem kennen op een donderdag in onze hostel. Na een klein uur hadden we 2 flessen heerlijke wijn uit Mendoza opgedronken. Hij vertelde ons openhartig over de vrouw van zijn leven. We vermoeden dat hij er zo al wel meerdere heeft gekend.

Licht aangeschoten vertrok hij naar zijn werk (hij is freelance portier).
We zagen hem pas enkele dagen later terug in onze hostel. Hij bleek de avond na onze kennismaking onnoemelijk veel gedronken te hebben. Hij had een wonde boven zijn linkeroog en had meerdere afspraken met 'de vrouw van zijn leven' gemist.


Elke keer ik Edouardo en zijn, zelfgecreëerde, miserie zag moest ik denken aan een uitspraak van 1 van 's werelds grootste filosofen: Beer, the cause and solution to all our problems. (Homer J. Simpson)
Hoewel hij een troebele geest had bleek hij wel de perfecte gids door de wildernis van Buenos Aires. Hij kende deze stad als zijn broekzak. In ruil voor al deze kennis kochten we hem een paar kousen.


Buenos Aires is een stad waar we gemengde gevoelens over nahouden, we hebben er mooie en minder mooie momenten gekend. De passie van de mensen (voor tango, vlees en voetbal) waren heerlijk om te ervaren. De kleine (en grote) criminelen, de gejaagdheid overdag en de ongeloofelijke vervuiling deden ons echter verlangen naar een leven buiten deze stad.



Voor onze eerste couchsurfing-ervaring gingen we richting Neuquen (wij spreken dit uit op zijn Vlaams). We kwamen er terecht in een studentenhome. Onze gastheren speelden veel Playstation en dronken bier. Alle andere dingen in het leven waren hen te duur. We voelden ons er heel welkom maar ervaarden toch dat deze fase van ons leven reeds achter ons lag en waren blij dat we 2 dagen later verder konden.


Zaterdagochtend staken we onze duim op richting zuidwesten. Het werd een perfecte liftdag en na ongeveer 7 uur rijden bereikten we San Carlos de Bariloche (450 km verder). De stad lijkt een heerlijke plek om wat te bekomen van de voorbije weken en de ideale voorbereiding voor de tocht naar Ushuaia, zo'n 2000 kilometer verder richting Antartica.


Hopelijk kijken ze daar naar de voorjaarsklassiekers ...

maandag 8 maart 2010

Cabo Polonio - Montevideo

Vanavond reizen we verder naar Buenos Aires en wuift Uruguay ons uit.

De kracht van Uruguay bestaat uit de vriendelijkheid van de mensen. Overal werden we met open armen ontvangen.

Na een geweldige week bij mijn 'ouders' verbleven we enkele dagen in een klein stukje paradijs: 'Cabo Polonio'. Zoals Thomas B uit M al liet weten in een reactie, een stukje paradijs aan de kust van Uruguay. Met zijn prachtige stranden en hemelse golven is dit de plek bij uitstek om even een te zijn met de natuur.

Onze terugreis van Cabo Polonio naar Montevideo deden we al liftend.

Liften heeft 2 voordelen. 1: je leert interessante mensen kennen en 2: het is goedkoop.

De markanste persoon die ons meenam was een ex-militair (hij had oa. in Cairo en Nederland gezeten). Hij reed met een Chevvy uit 1971. Het interieur deed Jelle terugdenken aan een oude David Brown-tractor waarmee zijn opa lang geleden nog rondreed. Vooraan werd Jelle gezegend met de meeste beenruimte die hem ooit ontvallen werd. Ikzelf kreeg achteraan een walm van dieselgeur te verwerken.

De man moet aan een snelheid van zowat 50 km/u door het prachtige Uruguayaanse landschap gereden hebben. Het is een gok, geen enkele meter (ook niet die van de olie of benzine) gaf enig teken van leven. Geen reden tot ongerustheid langs onze kant echter, de man was mechanieker. Hij was misschien een beetje een zonderling maar was heel aangenaam gezelschap.

Toen hij ons zo'n 45 kilometer verder afzette wou hij ons nog trots zijn buit van de dag laten zien: Een gordeldier dat hij eerder op de dag (al dan niet met opzet) had aangereden.

Hij ging dit die avond nog verorberden en nodigde ons vriendelijk uit om mee te komen genieten. Hij zweerde ons dat het het lekkerste vlees was dat je kon vinden.
Hoewel we geen reden zagen om te twijfelen aan zijn woorden waren we toch niet kwaad dat we dit vriendelijk aanbod moesten afslaan.
Onze weg ging verder naar Montevideo, waar we verbleven bij Luciana, mijn Uruguayaanse zus.

Montevideo is niet enkel de hoofdstad van Uruguay, maar ook de enige echte stad. Na een avond gezellig praten blijkt dat het voor de jongeren in Uruguay niet makkelijk is om een profesioneel leven uit te bouwen, helaas heeft dit tot gevolg dat velen Uruguay verlaten om misschien nooit meer terug te keren. Hopelijk komt hier wat verandering in. Sinds 5 jaar wordt Uruguay door de linkse partij geleid en sinds 1 maart 2010 is El Pepe Mujica de nieuwe president, een president van en voor het volk. Hij lijkt wel de Obama van Uruguay.

Jelle en ik verlaten Uruguay met een ongelooflijk warm gevoel... nu kijken we alvast uit naar de Tango, La Bocca en een heerlijke Argentijnse steak. Maar eerst trakteren we Luciana nog op een spaghetti a la Belgica, eten doen we op het dak van haar appartement met een prachtig uitzicht over Rio de La Plata.





maandag 1 maart 2010

Durazno - Uruguay

Uruguay is een ietwat vergeten plek in Z-Amerika. Misschien terecht, het land bestaat uit velden en koeien, misschien onterecht, het land bestaat uit rust en vrede, uit warme mensen.
2 van deze warme mensen waren onze gastheer en gastvrouw de voorbije week.

Marcos en Judith hebben Charlotte in 2000 een jaar als hun dochter opgevangen. Hartverwarmend was het om te mogen ervaren dat die liefde na 10 jaar onaangetast was.
De voorbije week hebben we echt genoten. Het is vreemd om je zo ver van huis thuis te voelen.
Durazno zelf is een middelgrote stad in het centrum van Uruguay (30.000 inwoners). Ze bezit 1 grote rivier, Yi. Deze rivier heeft 2 weken voor we hier aankwamen lelijk huisgehouden. Het water van de rivier is door de wekenlange regens tot ver in de stad doorgedrongen. Ook Marcos en Judith ontkwamen niet aan de ellende. Gelukkig bleef de schade beperkt. Vele anderen kregen onderdak in een tentenkamp.

In het centrum van Durazno zaten we op een bankje in de zon, te genieten van een liter plaatselijk bier. Een man van ongeveer 45 jaar oud en eigenaar van een bedenkelijke lijfgeur kwam naar ons en vroeg om wat geld. Zijn naam was Oscar. We voelden ons heel gelukkig en wilden dit met hem delen. Daarom gaven we hem wat geld en schonken we hem een glas.
Zoveel vriendschap was Oscar blijkbaar niet gewoon. Hij barste in tranen uit. Hij raakte ons met zijn verhaal (hij was zijn huis kwijt door de overstroming en leefde in het tentenkamp met zijn 5 kinderen). Het onheil dat hem overkomen is botste die dag met ons gelukzalig gevoel.

Zelf vertrekken we morgen naar Cabo Polonio, een soort resort aan de kust van Uruguay, waar er tot op heden nog geen tsunami-alarm heerst (we zitten hier aan de juiste zijde van het Andesgebergte). Daarna gaan we naar de hoofdstad Montevideo waar we zondag de boot opgaan richting Buenos Aires.

Het Uruguayaanse leven bestaat uit (vlees) eten, drinken en lachen. Echt warme mensen. Vanavond staat er een groot feestmaal op ons te wachten: Parilla. Een plaatselijke barbecue met alles van een koe op het rooster. Hart, nieren, gevulde darmen, ... . Eigenlijk alles wat bij ons rechtstreeks naar de zwanworsten gaat.

We kijken er met zeer gemengde gevoelens naar toe, maar het zal ons leren, verwende stadskinderen als we zijn. Reizen betekent trouwens je grenzen verleggen.

What doesn't kill you, makes you stronger. We aren't made from sugar, are we?